Schrif­te­lijke vragen over Megastal Zuid­schermer


Indiendatum: 29 mrt. 2018

Inleiding

Een V.O.F. exploiteert een intensieve veehouderij te Zuidschermer. Het bedrijf wil uitbreiden tot o.a. 442 melkkoeien en nieuwe stallen. Daarmee gaat het feitelijk om een megastal. Tevens heeft het bedrijf een aanvraag gedaan voor het realiseren van een mestvergister. Het bedrijf bevindt zich ruim binnen het gebied voor gecombineerde landbouw. Het bouwvlak is opgemeten op de plankaart van www.ruimtelijkeplannen.nl en dat komt uit op een breedte van circa 112 meter en een diepte van circa 184 meter. Dit komt neer op 20.608 m2. Dit is meer dan 2 ha. Naar aanleiding daarvan heeft de gemeenteraadsfractie van de Partij voor de Dieren de volgende vragen.

Vragen

  1. Hoe beoordeelt het college de noodzaak tot deze uitbreiding? Toetst het college het bedrijfsplan of een onderbouwde motivering?
    Beantwoording:
    Betreffend perceel heeft in het bestemmingsplan een bouwvlak van 2 ha. Het bouwplan blijft binnen het toegestane oppervlak en de grenzen die het bestemmingsplan biedt waardoor geen ruimtelijke onderbouwing nodig is.
  2. Bent u bekend met artikel 26 van de Provinciale Ruimtelijke Verordening waarin gesteld wordt dat in het gebied voor gecombineerde landbouw het maximum voor een agrarisch bouwperceel 1,5 ha is en dat alleen na afdoende motivatie deze omvang groter kan worden, tot een maximum van 2 ha?
    Beantwoording:
    Wij zijn bekend met artikel 26 van de Provinciale Ruimtelijke Verordening.
  3. Is u iets bekend over de motivatie waardoor het bouwperceel in kwestie groter mag zijn dan 1,5 ha? Zo ja, wat is die motivatie, zo nee, waarom is deze uitbreiding dan goedgekeurd?
    Beantwoording:
    Het bouwperceel van 2 ha is opgenomen in het bestemmingsplan Landelijk Gebied 2014 van de voormalige gemeente Schermer.
  4. Bent u het met ons eens dat, aangezien het bouwperceel groter is dan 2 ha, er sprake is van een overtreding van artikel 26 van de Provinciale Ruimtelijke Verordening?
    Beantwoording:
    Nee, er is geen sprake van een overtreding van artikel 26 van de PRV.
  5. Welke maatregelen gaat u tegen deze overtreding nemen?
    Beantwoording:
    Niet van toepassing.
  6. Is er een milieueffectrapport uitgevoerd? Zo nee, waarom niet?
    Beantwoording:
    Voor de uitbreiding heeft de RUD de milieueffecten beoordeeld. Daaruit blijkt dat er voor de voorgenomen activiteit geen belangrijke nadelige gevolgen voor het milieu te verwachten zijn.
  7. Voorziet het bestemmingsplan in de uitbreiding van dit bedrijf? Is er een wijziging bestemmingsplan aangevraagd?
    Beantwoording:
    Het bebouwingsoppervlak past binnen de mogelijkheden van het bestemmingsplan. Voor de bouwhoogte van 12 meter wordt gebruik gemaakt van een binnenplanse afwijking. Een wijziging van het bestemmingsplan is derhalve niet nodig en dus niet aangevraagd.
  8. Is de forse uitbreiding van het bedrijf nog in lijn met de afspraken en regels over intensieve veehouderij zoals gesteld in artikel 26a van de Provinciale Ruimtelijke Verordening?
    Beantwoording:
    In de PRV wordt intensieve veehouderij als volgt gedefinieerd:
    “Intensieve veehouderij: een niet-grondgebonden agrarisch bedrijf dat zelfstandig of als neventak, geheel of grotendeels in gebouwen, varkens, pluimvee, konijnen, vleeskalveren, pelsdieren of overig kleinvee houdt,
    met uitzondering van het biologisch houden van dieren conform de Landbouwkwaliteitswet, het kweken van vissen het houden van melkvee en overig rundvee, geiten, schapen of paarden.”.
    De uitbreiding van betreffend bedrijf, betreft geen intensieve veehouderij en is daarmee in lijn met de afspraken zoals gesteld in artikel 26a van de PRV.
  9. Hoe wordt bij de beslissingen over het toestaan van zo’n project de gezondheid van burgers in de omgeving gewaarborgd?
    Beantwoording:
    Voor veehouderijen gelden richtafstanden naar gevoelige bestemmingen. De uitbreiding bevindt zich op meer dan 100 meter van de omliggende woningen en voldoet daarmee aan deze richtlijn, hiermee wordt de gezondheid van burgers in de omgeving gewaarborgd.
  10. Hoe wordt bij de beslissingen over het toestaan van zo’n project het welzijn van dieren in het bedrijf gewaarborgd?
    Beantwoording:
    Het waarborgen van het welzijn van dieren is niet aan de gemeente, maar wordt op rijksniveau geregeld.
  11. Gezien de vele brandongelukken de laatste jaren in de intensieve veehouderij, kunt u aangeven hoe de brandveiligheid op dit bedrijf geregeld is, nu en na de uitbreiding?
    Beantwoording:
    Het bouwwerk moet voldoen aan het bouwbesluit, dit wordt bij de aanvraag getoetst. In het bouwbesluit staan onder andere eisen met betrekking tot de brandveiligheid.
  12. Hoe wordt bij de beslissingen over het toestaan van zo’n project de waterkwaliteit gewaarborgd? Wat doet de gemeente om er zeker van te zijn dat er geen verslechtering van de waterkwaliteit optreedt door de bedrijvigheden van Kregel-Kalverboer?
    Beantwoording:
    Dit is niet aan de gemeente. Het bedrijf moet voldoen aan de eisen gesteld in de Wet milieubeheer. Het Hoogheemraadschap bewaakt de waterkwaliteit.
  13. Door de uitbreiding van het bedrijf gaat de emissie van NH3 van 2.709,75 kg/j naar 3.978,98 kg/j: een verschil van 1.269,23 kg/j. Is het college het met ons eens dat zulke emissieverhogingen niet passen bij de duurzaamheidsambitie van de gemeente en de provincie?
    Beantwoording:
    De emissie van de uitbreiding is door de RUD beoordeeld. Zij komen tot de conclusie dat de emissie past binnen de ontwikkelingsruimte.
  14. De boerderij ligt vlakbij natuurgebieden. Kan de gemeente garanderen dat er geen planten- en diersoorten worden aangetast als gevolg van de uitbreiding van dit bedrijf? Zo ja, hoe? Zo nee, waarom dan toch dat risico genomen?
    Beantwoording:
    De RUD heeft de milieueffecten op de omgeving beoordeeld. Zij concluderen dat er geen nadelige gevolgen zijn voor de omliggende natuurgebieden.
  15. Uit het systeem van het PAS volgt dat tot 1 juli 2018 vergunningen kunnen worden verleend waarin ontwikkelingsruimte uit de buffer van 60% wordt toebedeeld. Ook aan dit bedrijf is er ontwikkelingsruimte toebedeeld. Hoe houdt de RUDNHN in de gaten of de ontwikkelingsruimte van 60% tot 1 juli 2018 niet al vergeven is?
    Beantwoording:
    In het AERIUS Register wordt alle gereserveerde en toegekende ontwikkelingsruimte vastgelegd.
  16. Deelt u de mening dat het PAS stikstofdepositie mogelijk maakt in gebieden waar de kritische depositiewaarde wordt overschreden? Zo nee, waarom niet?
    Beantwoording:
    Nee. De RUD heeft de stikstofdepositie beoordeeld. Geconcludeerd wordt dat voor de uitbreiding voldoende ontwikkelingsruimte beschikbaar is.
  17. Bent u het met de Partij voor de Dieren eens dat een megastal zoals deze een bedreiging is voor de volksgezondheid? Zo nee, waarom niet?
    Beantwoording:
    Nee, de uitbreiding is geen bedreiging voor de volksgezondheid; de uitbreiding voldoet aan de milieueisen en richtafstanden.
  18. Hoeveel dagen per jaar wordt de dieren van dit bedrijf weidegang geboden? Graag per diercategorie antwoorden.
    Beantwoording:
    Dit is niet aan de gemeente.
  19. Zijn er overtredingen van wetten en regels door dit bedrijf bij u bekend? Zo ja, om welke overtredingen gaat het?
    Beantwoording:
    Nee.
  20. Hoeveel intensieve veebedrijven zijn er op het grondgebied van gemeente Alkmaar en hoe heeft dat aantal zich in de afgelopen 10 jaar ontwikkeld?
    Beantwoording:
    Het exacte aantal is bij de gemeente niet bekend. Sinds 2010 zijn geen nieuwe intensieve veehouderijen meer toegestaan.
  21. Hoeveel veebedrijven zijn er op het grondgebied van gemeente Alkmaar met meer dan 250 melkkoeien, 2500 vleeskalveren, 1200 fokvarkens, 7500 vleesvarkens, 120000 leghennen en/of 220000 vleeskuikens en hoe heeft dat aantal bedrijven zich in de afgelopen 10 jaar ontwikkeld?
    Beantwoording:
    Dit is bij de gemeente niet bekend.
  22. Het bedrijf heeft ook een vergunning gekregen voor een monovergister. Is daar direct of indirect subsidie mee gemoeid? Zo ja, welke bedragen worden door het Rijk en/of de provincie betaald en welke bedragen worden er door de gemeente Alkmaar verstrekt?
    Beantwoording:
    De gemeente Alkmaar heeft geen subsidie verstrekt.
  23. Hoeveel subsidie is er door de gemeente in de afgelopen 5 jaar uitgegeven aan stichtingen en/of projecten die investeren in mestverwerkingsinstallaties en uit welk potje komen deze subsidies?
    Beantwoording:
    De gemeente Alkmaar heeft in het recente verleden geen subsidie verstrekt aan mestverwerkingsinstallaties zoals hier wordt bedoeld.
  24. Onderkent u dat intensivering en schaalvergroting in de landbouw heeft bijgedragen aan een afname van de biodiversiteit, het uitsterven van weidevogels en de vervuiling van het milieu? Zo nee, op welke bronnen baseert u zich? Zo ja, welke conclusies verbindt u daaraan?
    Beantwoording:
    Dat is niet aan de gemeente. Bedrijven moeten voldoen aan de landelijke wetgeving.

Indiendatum: 29 mrt. 2018
Antwoorddatum: 1 mei 2018

Geachte leden van de Raad,

Het lid van de Raad, Janine Visser, heeft ons bij brief van 29 maart 2018 vragen gesteld. Deze brief heeft de volgende inhoud:

Een V.O.F. exploiteert een intensieve veehouderij te Zuidschermer. Het bedrijf wil uitbreiden met o.a. 442 melkkoeien en nieuwe stallen. Daarmee gaat het feitelijk om een megastal.

Tevens heeft het bedrijf een aanvraag gedaan voor het realiseren van een mestvergister. Het bedrijf bevindt zich ruim binnen het gebied voor gecombineerde landbouw. Het bouwvlak is opgemeten op de plankaart van www.ruimtelijkeplannen.nl en dat komt uit op een breedte van circa 112 meter en een diepte van circa 184 meter. Dit komt neer op 20.608 m2. Dit is meer dan 2 ha. Naar aanleiding daarvan heeft de gemeenteraadsfractie van de Partij voor de Dieren de volgende vragen. Bij ja/nee antwoorden, graag verduidelijking:

Ter voldoening aan het bepaalde in artikel 42 van het Reglement van Orde voor vergaderingen van de raad, beantwoorden wij de gestelde vragen als volgt.

Vraag 1:
Hoe beoordeelt het college de noodzaak tot deze uitbreiding? Toetst het college het bedrijfsplan of een onderbouwde motivering?

Antwoord:
Betreffend perceel heeft in het bestemmingsplan een bouwvlak van 2 ha. Het bouwplan blijft binnen het toegestane oppervlak en de grenzen die het bestemmingsplan biedt waardoor geen ruimtelijke onderbouwing nodig is.

Vraag 2:
Bent u bekend met artikel 26 van de Provinciale Ruimtelijke Verordening waarin gesteld wordt dat in het gebied voor gecombineerde landbouw het maximum voor een agrarisch bouwperceel 1,5 ha is en dat alleen na afdoende motivatie deze omvang groter kan worden, tot een maximum van 2 ha?

Antwoord:
Wij zijn bekend met artikel 26 van de Provinciale Ruimtelijke Verordening.

Vraag 3:
Is u iets bekend over de motivatie waardoor het bouwperceel in kwestie groter mag zijn dan 1,5 ha? Zo ja, wat is die motivatie, zo nee, waarom is deze uitbreiding dan goedgekeurd?

Antwoord:
Het bouwperceel van 2 ha is opgenomen in het bestemmingsplan Landelijk Gebied 2014 van de voormalige gemeente Schermer.

Vraag 4:
Bent u het met ons eens dat, aangezien het bouwperceel groter is dan 2 ha, er sprake is van een overtreding van artikel 26 van de Provinciale Ruimtelijke Verordening?

Antwoord:
Nee, er is geen sprake van een overtreding van artikel 26 van de PRV.

Vraag 5:
Welke maatregelen gaat u tegen deze overtreding nemen?

Antwoord:
Niet van toepassing.

Vraag 6:
Is er een milieu-effectrapport uitgevoerd? Zo nee, waarom niet?

Antwoord:
Voor de uitbreiding heeft de RUD de milieueffecten beoordeeld. Daaruit blijkt dat er voor de voorgenomen activiteit geen belangrijke nadelige gevolgen voor het milieu te verwachten zijn.

Vraag 7:
Voorziet het bestemmingsplan in de uitbreiding van dit bedrijf? Is er een wijziging bestemmingsplan aangevraagd?

Antwoord:
Het bebouwingsoppervlak past binnen de mogelijkheden van het bestemmingsplan. Voor de bouwhoogte van 12 meter wordt gebruik gemaakt van een binnenplanse afwijking. Een wijziging van het bestemmingsplan is derhalve niet nodig en dus niet aangevraagd.

Vraag 8:
Is de forse uitbreiding van het bedrijf nog in lijn met de afspraken en regels over intensieve veehouderij zoals gesteld in artikel 26a van de Provinciale Ruimtelijke Verordening?

Antwoord:
In de PRV wordt intensieve veehouderij als volgt gedefinieerd:
“Intensieve veehouderij: een niet-grondgebonden agrarisch bedrijf dat zelfstandig of als neventak, geheel of grotendeels in gebouwen, varkens, pluimvee, konijnen, vleeskalveren, pelsdieren of overig kleinvee houdt, met uitzondering van het biologisch houden van dieren conform de Landbouwkwaliteitswet, het kweken van vissen het houden van melkvee en overig rundvee, geiten, schapen of paarden.”.
De uitbreiding van betreffend bedrijf, betreft geen intensieve veehouderij en is daarmee in lijn met de afspraken zoals gesteld in artikel 26a van de PRV.

Vraag 9:
Hoe wordt bij de beslissingen over het toestaan van zo’n project de gezondheid van burgers in de omgeving gewaarborgd?

Antwoord:
Voor veehouderijen gelden richtafstanden naar gevoelige bestemmingen. De uitbreiding bevindt zich op meer dan 100 meter van de omliggende woningen en voldoet daarmee aan deze richtlijn, hiermee wordt de gezondheid van burgers in de omgeving gewaarborgd.

Vraag 10:
Hoe wordt bij de beslissingen over het toestaan van zo’n project het welzijn van dieren in het bedrijf gewaarborgd?

Antwoord:
Het waarborgen van het welzijn van dieren is niet aan de gemeente, maar wordt op rijksniveau geregeld.

Vraag 11:
Gezien de vele brandongelukken de laatste jaren in de intensieve veehouderij, kunt u aangeven hoe de brandveiligheid op dit bedrijf geregeld is, nu en na de uitbreiding?

Antwoord:
Het bouwwerk moet voldoen aan het bouwbesluit, dit wordt bij de aanvraag getoetst. In het bouwbesluit staan onder andere eisen met betrekking tot de brandveiligheid.

Vraag 12:
Hoe wordt bij de beslissingen over het toestaan van zo’n project de waterkwaliteit gewaarborgd? Wat doet de gemeente om er zeker van te zijn dat er geen verslechtering van de waterkwaliteit optreedt door de bedrijvigheden van dit bedrijf?

Antwoord:
Dit is niet aan de gemeente. Het bedrijf moet voldoen aan de eisen gesteld in de Wet milieubeheer. Het Hoogheemraadschap bewaakt de waterkwaliteit.

Vraag 13:
Door de uitbreiding van het bedrijf gaat de emissie van NH3 van 2.709,75 kg/j naar 3.978,98 kg/j: een verschil van 1.269,23 kg/j. Is het college het met ons eens dat zulke emissieverhogingen niet passen bij de duurzaamheidsambitie van de gemeente en de provincie?

Antwoord:
De emissie van de uitbreiding is door de RUD beoordeeld. Zij komen tot de conclusie dat de emissie past binnen de ontwikkelingsruimte.

Vraag 14:
De boerderij ligt vlakbij natuurgebieden. Kan de gemeente garanderen dat er geen planten- en diersoorten worden aangetast als gevolg van de uitbreiding van dit bedrijf? Zo ja, hoe? Zo nee, waarom dan toch dat risico genomen?

Antwoord:
De RUD heeft de milieueffecten op de omgeving beoordeeld. Zij concluderen dat er geen nadelige gevolgen zijn voor de omliggende natuurgebieden.

Vraag 15:
Uit het systeem van het PAS volgt dat tot 1 juli 2018 vergunningen kunnen worden verleend waarin ontwikkelingsruimte uit de buffer van 60% wordt toebedeeld. Ook aan dit bedrijf is er ontwikkelingsruimte toebedeeld. Hoe houdt de RUDNHN in de gaten of de ontwikkelingsruimte van 60% tot 1 juli 2018 niet al vergeven is?

Antwoord:
In het AERIUS Register wordt alle gereserveerde en toegekende ontwikkelingsruimte vastgelegd.

Vraag 16:
Deelt u de mening dat het PAS stikstofdepositie mogelijk maakt in gebieden waar de kritische depositiewaarde wordt overschreden? Zo nee, waarom niet?

Antwoord:
Nee. De RUD heeft de stikstofdepositie beoordeeld. Geconcludeerd wordt dat voor de uitbreiding voldoende ontwikkelingsruimte beschikbaar is.

Vraag 17:
Bent u het met de Partij voor de Dieren eens dat een megastal zoals deze een bedreiging is voor de volksgezondheid? Zo nee, waarom niet?

Antwoord:
Nee, de uitbreiding is geen bedreiging voor de volksgezondheid; de uitbreiding voldoet aan de milieueisen en richtafstanden.

Vraag 18:
Hoeveel dagen per jaar wordt de dieren van dit bedrijf weidegang geboden? Graag per diercategorie antwoorden.

Antwoord:
Dit is niet aan de gemeente.

Vraag 19:
Zijn er overtredingen van wetten en regels door dit bedrijf bij u bekend? Zo ja, om welke overtredingen gaat het?

Antwoord:
Nee.

Vraag 20:
Hoeveel intensieve veebedrijven zijn er op het grondgebied van gemeente Alkmaar en hoe heeft dat aantal zich in de afgelopen 10 jaar ontwikkeld?

Antwoord:
Het exacte aantal is bij de gemeente niet bekend. Sinds 2010 zijn geen nieuwe intensieve veehouderijen meer toegestaan.

Vraag 21:
Hoeveel veebedrijven zijn er op het grondgebied van gemeente Alkmaar met meer dan 250 melkkoeien, 2500 vleeskalveren, 1200 fokvarkens, 7500 vleesvarkens, 120000 leghennen en/of 220000 vleeskuikens en hoe heeft dat aantal bedrijven zich in de afgelopen 10 jaar ontwikkeld?

Antwoord:
Dit is bij de gemeente niet bekend.

Vraag 22:
Het bedrijf heeft ook een vergunning gekregen voor een monovergister. Is daar direct of indirect subsidie mee gemoeid? Zo ja, welke bedragen worden door het Rijk en/of de provincie betaald en welke bedragen worden er door de gemeente Alkmaar verstrekt?

Antwoord:
De gemeente Alkmaar heeft geen subsidie verstrekt.

Vraag 23:
Hoeveel subsidie is er door de gemeente in de afgelopen 5 jaar uitgegeven aan stichtingen en/of projecten die investeren in mestverwerkingsinstallaties en uit welk potje komen deze subsidies?

Antwoord:
De gemeente Alkmaar heeft in het recente verleden geen subsidie verstrekt aan mestverwerkingsinstallaties zoals hier wordt bedoeld.

Vraag 24:
Onderkent u dat intensivering en schaalvergroting in de landbouw heeft bijgedragen aan een
afname van de biodiversiteit, het uitsterven van weidevogels en de vervuiling van het milieu? Zo nee, op welke bronnen baseert u zich? Zo ja, welke conclusies verbindt u daaraan?

Antwoord:
Dat is niet aan de gemeente. Bedrijven moeten voldoen aan de landelijke wetgeving.

Interessant voor jou

Schriftelijke vragen over show met Super Cars

Lees verder

Help mee aan een betere wereld

    Word actief Doneer